Voor saxofonist Jasper Staps en pianist Rembrandt Frerichs draait jazz om schoonheid en het vertellen van een muzikaal verhaal. Na vijfentwintig jaar vriendschap bundelen ze eindelijk hun krachten voor hun eerste gezamenlijke album, The First at Last. Mede door zorgvuldige selectie van hun instrumenten weten ze het intieme geluid te benaderen van de vintage jazz uit de fifties en sixties, met onder andere een historische piano uit 1903 van de Franse instrumentenbouwer Erard. Een knipoog naar de klassieke kamermuziek én de jazz die Frerichs en Staps in jun jeugd luisterden. Tegelijk klinkt de groep eigentijds, mede dankzij jonge honden Matheus Nicolaiewsky op contrabas en Mitchell Damen op drums.
Naast eigen composities omvat het album songs van onder anderen Duke Ellington & Billy Strayhorn, Cole Porter en Jerome Kern, maar ook ‘Time and Again’, een instrumentale versie van ‘Telkens weer’ van Willeke Alberti. ‘Ze moeten een warmte bezitten, sterke melodie, en ruimte hebben voor een muzikaal gesprek’, zegt Jasper Staps over de nummers. Hij ziet zichzelf als een echte melodiespeler, die de luisteraar graag meeneemt in zijn verhaal. Frerichs staat bekend om zijn experimentele geest en is altijd op zoek naar een nieuw geluid. Ze ontmoetten elkaar op het Koninklijk Conservatorium in Den Haag. Terwijl Staps zijn carrière vormgaf als arrangeur, dirigent en sideman in jazzorkesten, trad Frerichs op over de hele wereld in heel verschillende genres.
Jasper Staps saxofoon, Rembrandt Frerichs piano, Matheus Nicolaiewsky contrabas, Mitchell Damen drums